ANLb-stelsel
Het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb) is een subsidiestelsel dat sinds 2016 met beheermaatregelen habitatten creëert voor verschillende doelsoorten zoals vogels, amfibieën, insecten en zoogdieren. Agrarische collectieven werken samen met deelnemers om in de regio op elkaar afgestemde ANLb-maatregelen uit te voeren.
In 2024 deden meer dan 12.000 boeren vrijwillig mee met het ANLb-stelsel. Samen voerden zij beheermaatregelen uit op 120.000 ha landbouwgrond. In Nederland zijn 40 agrarische collectieven. Hier zetten meer dan 600 medewerkers en bestuurders zich het hele jaar voor in om in de beheerde gebieden weer meer tureluurs, wulpen, boomkikkers, kieviten, veldleeuweriken en modderkruipers in ons cultuurlandschap terug te brengen. En daarmee zorgen ze voor meer biodiversiteit in het agrarisch landschap en bijdragen aan klimaat en waterdoelen.

Het ANLb-stelsel in Nederland
Onderdeel van het GLB
Het ANLb-stelsel wordt in Nederland ingezet als onderdeel van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) van de Europese Unie (EU). De regeling wordt gefinancierd door de EU en de provincies. Deelnemers voeren het beheer uit onder begeleiding van een agrarisch collectief. Zij hebben de kennis van het gebied, de soorten, de deelnemers, de agrarische sector en het beleid. Deelnemers zijn vooral boeren, maar kunnen ook andere agrarische grondgebruikers zijn.
Beleidskader
Het beleidskader van het ANLb ligt vast in de natuurbeheerplannen die de provincies opstellen. Hierin staat beschreven in welke gebieden de provincie wil werken aan de doelsoorten van het agrarisch natuurbeheer en andere doelen op gebied van water en klimaat.
Deze doelsoorten komen uit de Vogel- en Habitatrichtlijn (VHR) en de gebieden in het Natuurbeheerplan zijn mede bepaald door monitoringsgegevens van verschillende soortenorganisaties.. Collectieven stellen op basis van het Natuurbeheerplan een beheerplan op waarin zij aangeven hoe ze het beheer in een gebied willen gaan invullen. Als de provincie die goedkeurt sluiten de collectieven individuele contracten af met de deelnemers.
Schouwen
Het beheer wordt geschouwd door het collectief. Is de beheermaatregel goed uitgevoerd door de deelnemer? En kan die kwalitatief beter om tot een nog beter habitat te komen? Door in het veld te kijken naar de resultaten en beheer aan te passen, meteen of voor het volgende jaar, is onderdeel van lerend beheren. Vanuit de overheid wordt door RVO en de NVWA steekproefsgewijs gecontroleerd of het beheer aan de voorwaarden uit de regeling voldoet. Na afloop van het beheerjaar betaald RVO de collectieven uit, die daarmee vervolgens hun individuele boeren kunnen uitbetalen.
Uitvoering door Collectieven
De collectieven kijken goed hoe ze in een gebied het beste habitatten kunnen samenstellen met verschillende soorten beheermaatregelen. Habitats moeten aan drie V’s voldoen: Voedsel, Veiligheid en Voortplanting. Dat kan betekenen dat voor een grutto je een plasdras aanlegt om aan te sterken na de overtocht uit Afrika. Daarnaast maai je het weiland niet zodat hij rustig kan broeden en kan schuilen in hoog gras voor predatoren. Ook zorg je dat er genoeg kruidenrijk grasland is, zodat de gruttojongen de insecten van de bloeiende kruiden kan eten.
Overzicht
Bekijk hier alle doelsoorten en beheerpakketten van het ANLb-stelsel: www.boerennatuurwijzer.nl.