Wat begon als een bijbaantje naast zijn varkenshouderij, groeide uit tot dagelijks werk. Inmiddels is Wilfried, samen met drie andere gebiedscoördinatoren, verantwoordelijk voor een groot gebied dat zich uitstrekt over de gemeenten Bronckhorst, Zutphen en Lochem met ruim 1100 deelnemers. Een regio waar het landschap net zo gevarieerd is als doelsoorten en de mensen die er wonen.
‘Alle landschapstypen die je maar kunt bedenken, komen hier voor’
Het rivierenlandschap kenmerkt zich door knotbomenrijen met talloze vogels, zoals de steenuil, wulp, torenvalk en geelgors. In het gebied rondom Vorden vind je veel landgoederen, met houtwallen, kleine akkers en poelen. Maar ook struweelhagen en boomgaarden. Dan is er ook nog het oude kampenlandschap waar de Achterhoek zo bekend om is. “Alle landschapstypen die je maar kunt bedenken, komen hier voor”. Zoals ook het Open Essenlandschap, waar je slechts rondom boerenbedrijven hoge beplanting ziet. En het Broekontginningslandschap: de lage gebieden die in de jaren 50/60 na ruilverkaveling zijn ontgonnen door percelen te ontwateren en vervolgens sloten en wegen aan te leggen. Nagenoeg alle doelsoorten leven daar. Van de boomkikker en grauwe klauwier tot de steenuil en patrijs. “Elk type landschap vraagt om een eigen aanpak. Dat maakt mijn werk zo interessant”.

Wilfried groeide op in de Achterhoek en runde jarenlang een varkensbedrijf. Maar de uitbraak van de varkenspest in 1997 veranderde alles. “Ik was de laatste in de omgeving die nog varkens had. Toen de prijzen instortten, ben ik als freelancer bij DLG in het agrarisch natuurbeheer” gestart. Een logische overstap want natuurbeheer had altijd al zijn interesse. In 2007 stopte hij definitief met de varkenshouderij. “Ik kon niet op tegen de schaalvergroting en achteraf ben ik blij dat ik de stap heb gezet naar natuurbeheer, want daar is nog veel werk te doen”.
100 procent van de agrarische grond begrensd als leefgebied
Zo’n 75 procent van de VALA-deelnemers is agrariër. Dat laat zien dat veel boeren echt iets willen. Tegelijkertijd weet Wilfried dat niet iedereen warmloopt voor agrarisch natuurbeheer. “Er zijn altijd turbo-melkers, die nergens aan mee willen doen”. Opvallend genoeg zijn er in het gebied nog steeds veel boeren die nog nooit van ANLb gehoord hebben. Reden daarvoor is dat er voorheen veel ‘witte’ gebieden ofwel onbegrensde gebieden in de Achterhoek waren. Maar sinds de provincie dat in 2023 veranderde, is nu 100 procent van de agrarische grond begrensd als leefgebied. “Eindelijk kunnen we iedereen bereiken”. Het Markemodel helpt daar ook bij. Een samenwerking van de Boerenraad, het bedrijfsleven en de bank, wat onderhoud, behoud en ontwikkeling van (agrarische) natuur stimuleert. “Agrariërs die hier aan meedoen, willen vaak wel meer”.

Het afgelopen jaar is het aantal deelnemers van VALA met 11% gegroeid. Best veel en natuurlijk is Wilfried daar heel blij mee. “Maar ik moet wel een goed gevoel hebben dat iemand er bewust mee bezig gaat”. Hij kent ook de verhalen waar mensen er met de pet naar gooien. “In zo’n geval kun je beter afscheid nemen van elkaar, want ik vind dat het publieksgeld goed besteed moet worden”. Als het beheer niet goed wordt uitgevoerd, leidt dat soms tot lastige gesprekken. “Een deelnemer kan best van de gemaakte afspraken afwijken. Soms kan dat prima, maar het is wel handig om even te overleggen”. Maar als iets structureel misgaat, is het beter om te stoppen. “Uiteraard moet je elkaar dan wel goed in de ogen kijken, want je weet maar nooit of je nog een keer met de volgende generatie te maken krijgt”.
Wandelen in de baas zijn tijd
Wilfried zegt wel eens voor de grap: “We boffen maar dat we zo mooi kunnen wandelen in de baas zijn tijd”. Vele uren loopt hij door de gebieden. “Ik vind het leuk om mensen te leren kijken”. Dat ze bijvoorbeeld kruiden leren herkennen in botanisch hooiland, of een patrijs in het veld zien of een velduil zien vliegen. Ook na al die jaren is Wilfried nog steeds nieuwsgierig naar wat er leeft in het veld. “Altijd als ik loop kijk ik om me heen”. Regelmatig gaat hij mee met een werkploeg om feeling te houden met het werk. Of geeft hij een cursusen over poelen of hakhoutbeheer. Dat zijn mooie momenten om deelnemers wat te leren. Zelf verwondert hij zich nog dagelijks over de natuur. “Ik zag eens een bloeiende akkerrand, met daarboven een soort wolk van vlinders. Het waren er zóveel bij elkaar. Het was gewoon onbegrijpelijk, dat je op zo’n klein stukje zoveel leven ziet”.
